Direct naar de inhoud.

In the spotlight...

In the spotlight: Interview met Jan de Vries

Lid Bewonersraad Kracht van de Veenkoloniën

Jan de Vries (1949) woont nog steeds op dezelfde plek waar hij ruim 70 jaar geleden werd geboren: het Zandwijkje in Hollandscheveld.  Hij woont daar met z’n vrouw Alja. “Wij kijken uit over het land waar vroeger mijn ouders  een paar koeien weidden. Wij zijn bezig dit land natuurvriendelijk in te richten ten behoeve van de biodiversiteit. Soms stuit je bij het maken van plantgaten voor bomen  op een oude slenk die vroeger richting het grensriviertje de Reest zal hebben afgewaterd, maar in de loop der eeuwen gevuld is met veen”.

Jan de Vries houdt van zijn Hollandscheveld. Hij heeft elders gewoond, en wel in Meppel, maar na een jaar, is hij met Alja teruggekeerd. Jan heeft zijn hele werkzame leven gewerkt bij het waterschap. Hij was lang bestuurssecretaris van het College van Hoofdingelanden en Dagelijks Bestuur. Maar na verschillende schaalvergrotingen via fusies vond hij het heel prettig om de  laatste  jaren te werken in een districtskantoor. “Lekker kleinschalig en dichtbij het werk waarvoor een waterschap feitelijk is opgericht, het waterbeheer, daar was ik het liefst”.

Wanneer werd je actief in het dorp?
Jan werd in 1971 eerst politiek actief. Voor de PvdA was hij afdelingssecretaris en een periode raadslid in de gemeenteraad van Hoogeveen. Al met al was hij ruim 25 jaar actief in en voor zijn partij.   “Het raadslidmaatschap was  niet ‘mijn ding’. Er werd heel veel  en heel lang gepraat. De tijd die dit kostte stond vond ik niet in verhouding tot het uiteindelijke resultaat. Had je een hele avond een commissievergadering gehad, kreeg je dezelfde verhalen allemaal nog een keer te horen tijdens de raadsvergadering! Praten, praten, praten, niks voor mij.”  

Na de politieke avonturen werd Jan maatschappelijk actief via Dorpsbelangen Hollandscheveld. Er was wat gerommel in het bestuur en hij werd secretaris in 2009. In die tijd speelde het behoud van het dorpscentrum ’t Anker. De gemeente had aangezegd dat de boel gesloten zou worden, want een aantal zaken liep niet goed. Zo was er geen beheerder meer. Met een paar mensen organiseerden ze een enquête in het dorp, waarvan het overgrote deel vond dat het dorpshuis moest blijven. En er bleken maar liefst 100 mensen bereid om als vrijwilliger mee te helpen. Na een paar avonden bleven er zestig serieuze vrijwilligers over. De gemeente ging akkoord met een verbouwing en het isoleren van de accommodatie, maar pas na veel druk via de raad. Nu bruist het er van de activiteiten en vrijwilligers. Evenementen, optredens, workshops en wat al niet.

Dorpscoöperatie Hollandscheveld Verbindt
In 2014 nam Jan mede het initiatief voor het oprichten van de Dorpscoöperatie. Ook hier ging een enquête aan vooraf. “Met een Noord Koreaanse uitslag van 98% bleek er meer dan voldoende draagvlak te zijn”. Na veel gesteggel met een net nieuwe en daardoor onervaren wethouder werd bevochten dat er een parttime dorpsregisseur zou komen voor, in eerste instantie, drie jaar. Daarna heeft het college onze dorpsregisseur tot structureel beleid verheven. De dorpsregisseur werd bevoegd om aanvragen voor de Wmo – ondersteuning te regelen en kon ook een beroep doen op ruim 100 vrijwilligers.  Deze constructie is een groot succes geworden.   De dorpsregisseur gaat op de  fiets door het dorp en zij houdt spreekuur in dorpscentrum ’t Anker.  Ondertussen zijn er ook projecten rond informele zorg opgezet. De inwoner staat nu echt centraal. Deze hoeft geen last meer te hebben van allerlei ‘loketten’. “Door ons experiment Domein overstijgende samenwerking” kunnen de inwoners voor vrijwilligershulp en bijvoorbeeld  huishoudelijk werk, wijkverpleging en langdurige zorg bij één functionaris terecht. Inmiddels ligt er een voorstel tot wetswijziging bij de Tweede Kamer om deze werkwijze wettelijk te regelen”, aldus Jan. Jan ziet dat veel rond de zorg een groot probleem is. Nu al is er een personeelstekort en door de toenemende vergrijzing zal dit probleem alleen maar groter worden. Om dit te voorkomen zal  de formele zorg niet zonder de verbinding  met de informele zorg kunnen. Bewonersorganisaties kunnen  daarbij  een nog veel belangrijkere rol gaan spelen.

Enquête Wonen en Zorg
Jan zegt dat ze regelmatig met enquêtes werken om te laten zien dat er veel draagvlak is voor het werk dat ze doen. Met de dorpscoöperatie hebben ze een plan opgezet om te komen tot een nieuwe woonvorm in het dorp: een woonhof. Jan: “Veel ouderen in het dorp vinden dat ze een te groot huis hebben of een te grote tuin en zoeken naar een vorm waarin ze gemeenschappelijke voorzieningen, ruimtes en tuin kunnen delen. We kwamen weer met een enquête en het bleek dat de behoefte hieraan groot was.” Maar liefst 70 mensen bleken geïnteresseerd. Op dit moment zijn ze voor de uitwerking afhankelijk van de medewerking van de gemeente. Dit lijkt positief. De dorpscoöperatie wil eigenaarschap behouden, maar het is niet zeker of dat lukt.

Landschapsvisie als een burgerinitiatief
Hetzelfde geldt voor het maken van een landschapsvisie. Ze hebben een mooie ‘landschapsbiografie’ gemaakt en daarop willen ze voortborduren met een visie hoe om te gaan met het landschap in de toekomst. “Er is geen of te weinig beleid voor de toekomst van het landschap. Het risico is dat het dan door allerlei ad hoc beslissingen gaat verrommelen.  Zo schieten bijvoorbeeld de zonnepanelenparken als paddenstoelen uit de grond, maar daar zit geen gedragen landschappelijke visie achter”, zegt Jan. Het liefst ontwikkelen ze de visie samen met de gemeente maar als dat niet kan, dan doen ze het zelf. Daarin toont zich de ware actieve bewoners die zeggenschap vanzelfsprekend vinden. 

Kracht van de Veenkoloniën
Jan werd uitgenodigd voor een bijeenkomst van de Kracht van de Veenkoloniën over woonvormen. Hij was daarvoor uitgenodigd door Luit Hummel (BOKD en Kracht) om iets te vertellen over de dorpscoöperatie. Daar was Joke Bakker ook en die nodigde hem uit voor de Bewonersraad. Zijn indruk is dat de Bewonersraad een grote groep is en omdat hij in de coronatijd toetrad is alles toe nu digitaal gegaan. Jan: “Dan vind ik het soms wat te lang duren. Er wordt ook vaak nogal academisch gepraat.”
Het stoort Jan dat de bewonersraad Kracht van de Veenkoloniën te weinig bekend is binnen de Veenkoloniën. Hij heeft een voorstel gedaan ‘om de boer op te gaan’. Jan: “Maak je wat meer bekend, maar dan moet je wel naar de actieve dorpsbewoners toe. Met ze praten en vragen waar ze behoefte aan hebben en wat jij voor ze kunt betekenen.” 

De Kracht van de Veenkoloniën zou dit nog meer moeten propageren. 

Terug naar actueel